Op zoek naar een reparateur of leverancier voor je vernietiger?

De AVG oftewel GDPR is een Europese wet die op 25 mei 2018 in werking is getreden en tot doel heeft de privacy en gegevensbescherming van individuen te waarborgen. De AVG is de Nederlandse term voor General Data Protection Regulation (GDPR). Hier zijn enkele belangrijke aspecten van de AVG:

1. Reikwijdte en toepassing: AVG is van toepassing op alle organisaties die persoonsgegevens verwerken in de Europese Unie, ongeacht de omvang of aard van die organisatie. Dit geldt ook voor organisaties buiten de EU die gegevens van EU-burgers verwerken.
2. Principes voor gegevensverwerking: AVG zet een aantal basisprincipes uiteen voor de verwerking van persoonsgegevens, waaronder rechtmatigheid, eerlijkheid, transparantie, doelbinding, gegevensminimalisatie, nauwkeurigheid, opslaglimieten, integriteit en vertrouwelijkheid, en aansprakelijkheid.
3. Rechten van individuen: AVG verleent individuen een aantal rechten met betrekking tot hun persoonlijke gegevens, waaronder het recht op toegang tot hun gegevens, het recht op rectificatie, het recht om vergeten te worden, het recht op gegevensportabiliteit van documenten en het recht om voorwerp. gegevensverwerking.
4. Toestemming: Organisaties moeten de toestemming van individuen verkrijgen voordat ze hun persoonlijke gegevens verwerken. De toestemming moet vrijwillig, specifiek, geïnformeerd en ondubbelzinnig zijn.
5. Data Protection Impact Assessment (DPIA): Voor gegevensverwerkingsactiviteiten die waarschijnlijk een hoog risico vormen voor de rechten en vrijheden van individuen, vereist de AVG dat organisaties een PPIA uitvoeren om de impact van de gegevensverwerking te beoordelen.
6. Meldplicht datalekken: Organisaties moeten datalekken melden aan toezichthouders en in sommige gevallen aan de betrokken personen.
7. Functionaris voor gegevensbescherming (DPO): Sommige organisaties zijn verplicht een DPO aan te stellen om toezicht te houden op de gegevensbeschermingsactiviteiten en de naleving van de AVG.
8. Boetes en handhaving: De AVG voorziet in aanzienlijke boetes voor organisaties die de wet overtreden, variërend van boetes tot 4% van de wereldwijde jaaromzet van een organisatie.

De AVG heeft een diepgaande invloed gehad op hoe organisaties gegevens verzamelen, opslaan, verwerken en beschermen. Het heeft de nadruk gelegd op de verantwoordelijkheid van organisaties om de privacy en gegevens van individuen te beschermen en heeft geleid tot verhoogde transparantie en bewustwording met betrekking tot gegevensbescherming.

Organisaties die persoonsgegevens verwerken, moeten zorgvuldig voldoen aan de vereisten van de AVG om juridische en financiële gevolgen te voorkomen. Dit omvat het veilig vernietigen van persoonsgegevens wanneer deze niet langer nodig zijn, zoals vereist door de AVG. U dient juridisch advies in te winnen of een gegevensbeschermingsdeskundige te raadplegen om naleving van de AVG te garanderen.

DIN 66399 is een Duitse norm die is ontworpen om de beveiligingsniveaus te definiëren voor de vernietiging van verschillende soorten materialen, met de nadruk op papieren documenten en digitale gegevensdragers. De norm bepaalt de mate van versnippering die vereist is om de gegevens effectief te vernietigen en biedt specifieke richtlijnen voor deeltjesgrootte, afhankelijk van het gevoeligheidsniveau van de informatie.

Er zijn drie primaire beveiligingsniveaus in DIN 66399, aangeduid met de letters P, O en T, en elk niveau heeft subcategorieën die variëren in deeltjesgrootte:

Beveiligingsniveau P (Papiervernietiging):
Dit niveau richt zich op de vernietiging van papieren documenten. De beveiligingsniveaus binnen P zijn P-1 tot P-7, waarbij P-1 de laagste beveiliging biedt en P-7 de hoogste. P-1 levert grotere snippers op, terwijl P-7 zeer kleine deeltjes produceert, waardoor de kans op reconstructie vrijwel nihil is.

Beveiligingsniveau O (optische datadragers):
Dit niveau is bedoeld voor het vernietigen van optische datadragers, zoals cd's en dvd's. Beveiligingsniveaus variëren O van O-1 tot O-6. Net als het P-niveau varieert de korrelgrootte van de grootste bij O-1 tot de kleinste bij O-6.

Beveiligingsniveau T (Digitale datadragers):
Dit niveau richt zich op het vernietigen van digitale datadragers, zoals harde schijven. Het beveiligingsniveau in de T-reeks loopt van T-1 tot T-5. T-1 biedt een laag beveiligingsniveau bij grotere stukken, terwijl T-5 een hoog beveiligingsniveau biedt bij microdeeltjes.

Het kiezen van het juiste beveiligingsniveau hangt af van de aard van de te vernietigen informatie. Zeer gevoelige gegevens, zoals financiële informatie of persoonlijk identificeerbare informatie (PII), vereisen mogelijk een hoger beveiligingsniveau. Organisaties moeten zorgvuldig het beveiligingsniveau bepalen dat het beste aansluit bij hun behoeften om ervoor te zorgen dat gevoelige informatie effectief wordt beschermd tegen ongeoorloofde toegang en reproductie.

Naleving van de DIN 66399-normen is essentieel om aan de wettelijke eisen te voldoen en de gegevensbeveiliging te garanderen. De juiste vernietiging van gevoelige informatie is een essentieel onderdeel van gegevensbescherming en privacy.

Beveiligingsniveaus P, O en T zijn gedefinieerd in DIN 66399 en hebben betrekking op de mate van versnippering of vernietiging die nodig is voor verschillende soorten materialen, zoals papieren documenten, optische gegevensdragers en digitale gegevensdragers. Hieronder vindt u per niveau een toelichting:

Beveiligingsniveau P (Papiervernietiging):

P-1: Deze categorie vertegenwoordigt het laagste beveiligingsniveau voor papiervernietiging. Documenten worden in stroken gesneden met een maximale breedte van 12 mm. Tapes kunnen gemakkelijk worden gelezen en opnieuw in elkaar worden gezet, waardoor dit niveau minder geschikt is voor het vernietigen van vertrouwelijke informatie.
P-2: Dit niveau snijdt het document in stroken, maar heeft een maximale breedte van 6 mm. Hoewel het een iets verbeterde beveiliging biedt vergeleken met de P-1, zijn de frequentiebanden nog steeds vrij groot en gemakkelijk te lezen.
P-3: Hier wordt het document in stroken gesneden met een maximale breedte van 2 mm. Dit zorgde voor meer veiligheid, maar in theorie konden de banden nog steeds worden gelezen en gemonteerd.
P-4: Op dit niveau wordt het materiaal in kleine deeltjes gesneden, met een maximaal oppervlak van 160 mm². Dit biedt een redelijk en passend beveiligingsniveau voor de vernietiging van vertrouwelijke documenten.
P-5: Dit niveau omvat documentversnippering in kleine deeltjes met een maximale oppervlakte van 30 mm². Het biedt een hoog niveau van beveiliging en is geschikt voor gevoelige informatie.
P-6: Hier worden documenten versnipperd tot nog kleinere deeltjes met een maximale oppervlakte van 10 mm². Dit niveau biedt een zeer hoge mate van beveiliging.
P-7: Dit niveau biedt de hoogste mate van beveiliging. Documenten worden vernietigd tot zeer kleine deeltjes met een maximaal oppervlak van 5 mm2. De kans op wederopbouw is minimaal.

Beveiligingsniveau O (optische datadragers):

Beveiligingsniveaus in O hebben betrekking op de vernietiging van optische datadragers, zoals cd's en dvd's. Net als het P-niveau varieert de korrelgrootte van de grootste bij O-1 tot de kleinste bij O-6. Lagere niveaus betekenen grotere deeltjes, terwijl hogere niveaus kleinere, veiligere deeltjes produceren.

Beveiligingsniveau T (digitale datadragers):

Beveiligingsniveau T betreft de vernietiging van digitale datadragers, zoals harde schijven. De beveiligingsniveaus in T variëren van T-1 tot T-5, waarbij T-1 een lager beveiligingsniveau vertegenwoordigt en T-5 een hoger beveiligingsniveau biedt. T-niveaus variëren in mate van vernietiging en deeltjesgrootte.

Het kiezen van het juiste beveiligingsniveau hangt af van de aard van de te vernietigen informatie. Zeer gevoelige gegevens vereisen een hoger beveiligingsniveau om ervoor te zorgen dat informatie effectief wordt beschermd tegen ongeoorloofde toegang en reproductie.